Skip to content

Een recente overval waarbij een waardevolle muntenverzameling van verzekerde werd gestolen, biedt belangrijke inzichten voor verzekeringsadviseurs. De inboedelverzekering van verzekerde bleek onvoldoende dekking te bieden, waardoor hij niet de volledige waarde van zijn verzameling terugkreeg. Tevens viel de collectie niet onder de bestaande kostbaarhedenverzekering.

In de rechtszaak die volgde, vorderde verzekerde schadevergoeding van zijn verzekeringsadviseur, met de stelling dat deze onvoldoende had gedaan om onderverzekering te voorkomen. De rechtbank oordeelde echter dat de verzekeringsadviseur geen verwijt trof, omdat verzekerde niet had aangetoond dat de muntenverzameling ter sprake zou zijn gekomen bij een periodieke evaluatie van zijn verzekeringen.

Het hoger beroep van de verzekerde werd eveneens afgewezen. Het hof oordeelde dat van de verzekeringsadviseur niet verwacht kon worden dat hij uit zichzelf naar de specifieke waarde en omvang van de muntenverzameling zou vragen. Daarnaast was er geen bewijs dat de verzekerde bij een algemene vraag over kostbaarheden de muntenverzameling zou hebben genoemd.

Een proactieve benadering en frequent taxeren

Deze zaak benadrukt het belang voor verzekeringsadviseurs om klanten actief te informeren over het belang van volledige dekking en het regelmatig herzien van verzekerde sommen.

Het hof is van oordeel dat van verzekeringsadviseurs niet kan worden gevergd uit zichzelf naar de omvang en waardestijging van een muntenverzameling te vragen. In de gegeven omstandigheden kunnen zij alleen een algemene vraag stellen over verdere kostbaarheden.

Een grondige en proactieve benadering en het frequent taxeren van kostbaarheden kan helpen onderverzekering te voorkomen en klanttevredenheid te waarborgen.

Back To Top
Zoeken